Wetenschappelijke verslaglegging lijkt niet op het schrijven van een opstel of betoog en heeft specifieke kenmerken (de Jong, 2011). Het doel is uitsluitend het overbrengen van informatie en niet het vermaken van de lezer. Daarom is de stijl exact en bondig. Daarbij is het wel zo dat je schrijft voor de lezer - schrijf dus een prettig leesbare tekst en maak geen puntsgewijze opsomming.
De lezer moet alle informatie krijgen die nodig is om te controleren of de conclusies van het verslag gerechtvaardigd zijn. Bij een weergave van een onderzoek moet de lezer in staat zijn het experiment te repliceren. Om te zorgen dat de informatie goed begrepen wordt en de lezer niet hoeft te raden wat er bedoeld wordt, is het van belang om specifiek en precies te formuleren.
Varieer in woordgebruik maar let op het gebruik van synoniemen. Gebruik voor begrippen consequent dezelfde term.
Daarnaast is het belangrijk dat van ieder woord in een verslag duidelijk is waar het op terugslaat.
In wetenschappelijke verslagen wordt beknopt geformuleerd waarbij alle woorden en zinnen die niet nodig zijn om informatie over te brengen achterwege gelaten worden. Let wel: de beknoptheid mag niet ten koste gaan van de exactheid. De boodschap moet helder blijven.
Ook omslachtig taalgebruik zoals voorzetseluitdrukkingen is niet gebruikelijk. Deze bestaan meestal uit drie woorden en kunnen in de regel door één woord worden vervangen.
Actieve werkwoordsvormen zijn bondiger dan passieve werkwoordsvormen en over het algemeen exacter. Gebruik actieve werkwoordsvormen waar nodig.
Een tekst kan informeel en persoonlijk of meer formeel en onpersoonlijk zijn. Hierin wordt vaak onderscheid gemaakt tussen spreek- en schrijftaal. Over het algemeen zijn wetenschappelijke teksten meer neutraal of zakelijk geschreven en bevatten weinig metaforen of spreektaal.
Ook is het gebruik van persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden in de eerste of tweede persoon (ik, mijn, wij, ons, je, jouw, jullie) minder gebruikelijk. Deze worden voornamelijk gebruikt wanneer het noodzakelijk is om de informatie volledig te kunnen geven of wanneer het alternatief een complexe passieve zin is.
In de wetenschappelijke verslaglegging wordt gebruik gemaakt van objectief taalgebruik. Er wordt geen (impliciet) waardeoordeel verbonden aan de resultaten en conclusies. Woorden als helaas en gelukkig worden niet gebruikt.
De inhoud van wetenschappelijke teksten is vaak complex. Dit betekent niet dat de tekst moeilijk te lezen hoeft te zijn. Juist het hanteren van een vaste structuur en een prettig leesbare schrijfstijl maakt een ingewikkelde inhoud beter begrijpbaar. Gebruik geen moeilijke woorden alleen om het verslag er wetenschappelijker uit te laten zien. Zorg dat de stijl zo eenvoudig is dat de lezer niet struikelt over zinnen en woorden. Wanneer een zin meerdere malen gelezen moet worden, is deze te moeilijk.